Volgens recente analyses en cijfers over de vastgoedmarkt (BNP Paribas, Trends, Kanaal Z) was er in 2023 sprake van een daling van 30 procent wat betreft nieuwe woonkredieten. Toch houdt de woningmarkt stand, en dat is grotendeels te danken aan de actieve betrokkenheid van de doelgroep jonger dan 30 jaar oud.

We lezen immers dat zij bijna een derde van de toegekende woningkredieten vertegenwoordigen. Bovendien richten zij zich na aankoop tot energiezuinige renovaties met het oog op energiezuinigheid. Dit in tegenstelling tot 55-plussers, die de focus eerder leggen op individuele energetische renovaties, zoals zonnepanelen.

Naast een niet mis te verstane inflatie, een blijvende stijgende vraag doch stagnerend aanbod van woningen, betekent het verhaal van het verwerven van een woning of appartement een financieel zware klus; nu al zijn jongeren genoodzaakt om leningsovereenkomsten af te sluiten op langere termijn (+25%), hetgeen zich vandaag al duidelijk aftekent in cijfermateriaal. Toch zijn het net deze jongeren die de schouder zetten onder de nood aan woningrenovaties, gezien de gestelde prangende klimaatdoelstellingen.

Vanuit appartementsmede-eigendom is deze informatie relevant. Deze onderscheiden focus nemen we immers ook mee binnen de appartementsmede-eigendom, waarbinnen deze onderscheiden belangen en focus zich ook zullen manifesteren.

Meer dan ooit is het voor de koper van een appartement binnen een bestaande VME die al enige tijd "in bedrijf" is primordiaal om de beleidslijnen van de VME te kennen. Van overheidswege promoot men het meerjarenonderhoudsplan, waarbij duidelijke beleidslijnen en zelfs begrotingsgewijs kan vastgelegd worden hoe men de renovatie van het gebouw op korte en langere termijn wenst aan te pakken.

De aanwezigheid van zo een dossier heeft tal van voordelen. Zonder volledig te willen zijn, denken we onder meer aan:

• geen kunst en vliegwerk door werken die ad hoc worden opgedrongen (wettelijke deadline, dringende herstelling door jarenlang gebrek aan onderhoud, …);
• daarmee een betere coördinatie van verschillende werken: net zo efficiënt én gunstig voor het kostenplaatje;
• een degelijke en transparante informatieverstrekking aan mede-eigenaren over noodzakelijke werken en de technische – en financiële repercussies en specificaties daarvan, want daar wringt vandaag haast symptomatisch het schoentje in vele VME's, met een hoop procedures en onenigheden tot gevolg;
• desgevallend de mogelijkheid voor elke mede-eigenaar om, naargelang het eigen belang, elders terug te koppelen (jongeren: bank, lening bij aankoop en daarmee rekening houdend met geplande werken; dit is van belang nu de betaalbaarheid van een te verwerven woning of appartement een aandachtspunt moet blijven, de al wat ouderen: desgevallend terugkoppeling met toekomstige erfgenamen met onderbouwd plan van aanpak i.f.v. instandhouding of zelfs te realiseren meerwaarde van het vastgoed …);
• het collectief aanpakken van voorzieningen binnen het gebouw zal haast altijd tot een beter resultaat leiden dan wanneer eigenaren individueel t.h.v. de eigen kavel initiatief nemen.

Het strekt tot aanbeveling dat de renovatie van het gebouw op macroniveau wordt voorbereid, en zo weinig mogelijk vervalt in casuïstiek per aangevangen aannemingswerk. De Vlaamse overheid, waarbij we denken aan de Energiehuizen overheen Vlaanderen, reikt een helpende hand. De syndicus kan hiervan dankbaar gebruik maken zodat deze zichzelf van inhoudelijke standpunten kan onthouden en zijn onafhankelijkheid bij het waarnemen van zijn taak die bij uitstek uitvoerend van aard is vrijwaren.

Astrid Clabots
Clabots Advocaten

Op de hoogte blijven van alle nieuwigheden binnen de juridische en fiscale wereld?
Volg Jubel.be op LinkedIn