Aangifte vennootschapsbelasting: nieuwigheden aanslagjaar 2021

17 sep 2021 | Tax & Private equity

Aangifte vennootschapsbelasting: nieuwigheden aanslagjaar 2021

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Opgelet: dit artikel werd gepubliceerd op 17/09/2021 en kan daardoor verouderde informatie bevatten.

De deadline voor het indienen van de aangifte vennootschapsbelasting komt naderbij. U heeft nog tot 28 oktober. In deze tekst zoomen we in op de belangrijkste nieuwigheden

Deadline

De regel stelt dat de aangiftetermijn voor vennootschappen loopt tot zeven maanden na het afsluiten van het boekjaar, ongeacht wanneer de algemene vergadering precies plaatsvindt. Op die manier zou de deadline eigenlijk al op 31 juli vallen. In de praktijk staat de fiscus echter vaak een uitzondering toe, zodat de deadline al eens verschuift. Dit jaar is de uiterlijke datum voor indiening 28 oktober 2021.

Voor vennootschappen die hun boekjaar niet afsluiten op 31 december, gelden er andere deadlines. Voor het gemak heeft de fiscus een overzichtstabel gemaakt, wanneer die vennootschappen hun aangifte moeten indienen.

Financieringskostensurplus

Een eerste nieuwigheid vinden we terug in het vak Belastbare gereserveerde winst. Een nieuwe code 1064 “Vrijstelling ten belope van het overgedragen, niet-aftrekbaar financieringskostensurplus”. Het financieringskostensurplus is het gevolg van de regels ingevoerd door de fameuze ATAD-richtlijn (Anti Tax Avoidance Directive) die de mogelijkheid om interest af te trekken beperken. Daardoor kunnen vennootschappen interesten en gelijkaardige kosten niet aftrekken als ze het hoogste van één van de volgende twee drempels overschrijden: 3 miljoen euro of 30% van de fiscale EBITDA. Het gedeelte van de interesten die een vennootschap in een bepaald jaar betaalde en niet kon aftrekken omdat ze de drempel overschrijden, wordt een verworpen uitgave (in te vullen in code 1262). Maar deze gemiste aftrek gaat niet verloren, omdat het onbeperkt in de tijd overdraagbaar is. Dit betekent dat de vennootschap dit stuk later kan benutten. Dit moet natuurlijk in de aangifte duidelijk gemaakt worden. Meer specifiek gebeurt dat door de aanpassing in meer van de begintoestand van de reserves – in de nieuwe code in deze rubriek.

Verdeling van het maatschappelijk vermogen

Ook in het vak ‘Uitgekeerde dividenden’ is er een belangrijke aanpassing doorgevoerd. Het vakje over de verdeling van het maatschappelijk vermogen wordt immers opgesplitst in twee codes naargelang de uitkering voortkomt uit een bijzondere/gewone liquidatieresreve (code 1305) of niet (1306).

Dit is van belang omdat het gedeelte van de uitkering dat slaat op de gewone of bijzondere liquidatiereserve die de vennootschap in het verleden heeft aangelegd, vrijgesteld is van roerende voorheffing. Reden hiervoor is dat bij het aanleggen van zo’n reserve de vennootschap al een anticipatieve heffing van 10 % heeft betaald. Het resterende gedeelte van de uitkering (dat net slaat op de liquidatiereserve) wordt wel belast.

In hetzelfde vak herformuleert de fiscus code 1322 om vennootschappen eraan te herinneren dat ze een aangifte in de roerende voorheffing moet indienen, ook als er de facto geen RV verschuldigd is. Als de vennootschap één van de andere codes van dit vak invult (1301, 1302, 1303 of 1306) moet ze deze code ook invullen, om zo aan te geven dat ze op de hoogte is van deze verplichting.

Tax shelter

Via de tax shelter voor audiovisuele werken en podiumkunsten kunnen vennootschappen die in deze sectoren investeren, genieten van een fiscaal voordeel. Op een deel van hun winst betalen ze dan geen belastingen. Hiervoor moeten ze wel een hele reeks voorwaarden respecteren. Als ze deze voorwaarden niet (langer) vervullen, hebben ze geen recht meer op de vrijstelling en moeten ze alsnog belastingen betalen op die winst. De vennootschap is dan het belastingtarief verschuldigd dat van toepassing was tijdens het aanslagjaar waarin ze de vrijstelling voor het eerst aanvroeg. Concreet betekent dat ze wordt belast aan 33,99 % (oude tarief, aanslagjaar 2018 en eerder), 29,58 % (aanslagjaar 2019 en 2020) of 25 % (aanslagjaar 2021). Met ieder percentage correspondeert een code in de aangifte: code 1473, 1477 of 1478.

Nog enkele nieuwigheden

Ten slotte zijn ook de volgende codes nieuw in de aangifte van dit aanslagjaar:

  • 1243: niet-aftrekbare in kosten opgenomen disconto’s op niet afschrijfbare immateriële of materiële vaste activa
  • 1416: opnemingen van bepaalde vrijgestelde reserves moet de vennootschap vermelden in de rubriek ‘Bestanddelen van het resultaat waarop het aftrekverbod van toepassing is’. Van dit stuk van het resultaat mag de vennootschap bepaalde elementen, zoals de dbi en overgedragen verliezen, niet in aftrek brengen.
  • 1419: verliezen van buitenlandse oorsprong die niet in aanmerking worden genomen om de belastbare grondslag vast te stellen. Deze code werd toegevoegd omdat de verliesaftrek van buitenlands vastgoed of vaste inrichting beperkt wordt (zie ook: Buitenlands vastgoed of vaste inrichting in de vennootschap: verliesaftrek verder beperkt!) –
  • 1482 en 1483: opnemingen van bepaalde vrijgestelde reserves aan 10 of 15 % (zie: Mobiliseer uw vrijgestelde reserves tijdelijk tegen gunsttarief) (zie ook code 1416 hierboven)
  • 1835: deze code kan gebruikt worden door vennootschappen die een pand verhuurden aan een ondernemer die zijn zaak omwille van de coronacrisis moest sluiten (maart/mei 2020) en als tegemoetkoming minstens 40 % van de huur hebben kwijtgescholden.
  • 1901: voor CFC’s (controlled foreign companies) of gecontroleerde buitenlandse vennootschappengelden bijzonder fiscale regels die bedoeld zijn om ervoor te zorgen dat er geen winsten wegstromen naar laag belaste buitenlandse dochterondernemingen. In code 1901 is de formulering welke entiteiten er onder vallen aangepast naar “een buitenlandse vennootschap gevestigd in een rechtsgebied dat op het einde van het belastbare tijdperk is opgenomen op de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden”.

Nood aan een overzicht van de relevante wetgeving voor de aangifte van aanslagjaar 2021? U vindt alles terug in de Codex voor de boekhoudkundige praktijk – Fundamentele wetgeving – Aanslagjaar 2021.

U wil zich nu al voorbereiden op aanslagjaar 2022? Dan vindt u de relevante nieuwe wetgeving in Wetboek Inkomstenbelastingen augustus 2021 inclusief uitvoeringsbesluiten

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.