Nieuwe meerwaardebelasting op financiële activa: dit moet je weten cover

12 sep 2025 | Tax & Private equity

Nieuwe meerwaardebelasting op financiële activa: dit moet je weten

Recente vacatures

Jurist
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
2 jaar
Oost-Vlaanderen
Jurist
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0-1 jaar
Oost-Vlaanderen
Redacteur
3 - 7 jaar
Antwerpen
Coördinator opleidingen
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

​Op 25 juni 2025 werd een politiek akkoord bereikt over de invoering van een nieuwe meerwaardebelasting op financiële activa. De precieze wetteksten zijn nog (altijd) niet gepubliceerd, maar de impact op spaarders, beleggers en aandeelhouders zal aanzienlijk zijn. In dit artikel leggen we uit wat er verandert en hoe je je best voorbereidt.

Wie valt onder de nieuwe meerwaardebelasting?

De nieuwe meerwaardebelasting geldt voor natuurlijke personen (via de personenbelasting) en rechtspersonen in de rechtspersonenbelasting (zoals vzw’s en private stichtingen). Uitzondering: entiteiten die fiscaal aftrekbare giften mogen ontvangen en hiervoor attesten mogen uitreiken.
Welke transacties worden belast?

De belasting is van toepassing op meerwaarden op financiële activa die vanaf 1 januari 2026 worden overgedragen onder bezwarende titel, buiten het beroepskader. Voor gesplitste activa (vruchtgebruik en blote eigendom) wordt de meerwaarde bij de blote eigenaar belast.

Welke activa vallen onder het nieuwe regime?

De wetgeving maakt een onderscheid tussen vier categorieën:

  • Financiële instrumenten (aandelen, obligaties, ETF’s, derivaten, emissierechten…).
  • Bepaalde verzekeringscontracten (tak 21, 23 en 26, mits niet elders belastbaar).
  • Cryptoactiva.
  • Valuta, beleggingsgoud en digitale centrale bankmunten.

Groepsverzekeringen, pensioenfondsen en de derde pensioenpijler blijven vrijgesteld.

Aandelen waarvoor een belastingvermindering voor startende ondernemingen werd toegekend, vallen wél onder het nieuwe regime.

Wat telt als een 'overdracht onder bezwarende titel'?

Het moet gaan over een meerwaarde ontstaan door een overdracht onder bezwarende titel, buiten het beroepskader. De ‘overdrager’ moet dus een prijs verkrijgen. Schenkingen, erfenissen en bepaalde familiale transacties (zoals inbreng bij huwelijk) vallen buiten het toepassingsgebied.

Wanneer de begiftigde of erfgenaam later alsnog de aandelen zou vervreemden, moet in de berekening voor de meerwaardebelasting rekening worden gehouden met de oorspronkelijke aanschaffingswaarde van de initiële schenker of erflater.

Wat als je naar het buitenland verhuist?

Wanneer de fiscale woonplaats naar het buitenland verplaatst, zou een meldingsplicht van twee jaar verplicht blijven om informatie te verstrekken over financiële activa en eventuele gerealiseerde meerwaarden. Met deze maatregel, ook wel gekend als de ‘exit tax’, beoogt de Belgische regering te voorkomen dat belastingplichtigen zich strategisch buiten België vestigen om de toepassing van de meerwaardebelasting te ontwijken.

Drie categorieën van belastbare meerwaarden, elk met hun eigen percentages

Aanmerkelijk belang (> 20%)

Een belastingplichtige met een aanmerkelijk belang komt in aanmerking voor een bijzonder regime. Van een aanmerkelijk belang is sprake wanneer je minstens 20% (individueel bekeken) van de overgedragen aandelen bezit op het moment van de overdracht.

Elke belastingplichtige krijgt een vrijstelling tot 1 miljoen euro aan meerwaarden, die slechts één keer per periode van vijf jaar kan worden benut. Gebruik je het volledige vrijgestelde bedrag in het eerste jaar, dan kan je de daaropvolgende vier jaar geen nieuwe vrijstelling aanvragen.

Voor alle meerwaarden boven dit bedrag gelden de volgende progressieve tarieven:

Schijf aan meerwaarden Tarief
0 – 2,5 miljoen euro 1,25%
2,5 miljoen – 5 miljoen euro 2,5%
5 miljoen – 10 miljoen euro 5%
>10 miljoen euro 10%

Ook holdings, patrimoniumvennootschappen en managementvennootschappen komen voor dit regime in aanmerking.

Samengevat

  • Vrijstelling van 1 miljoen euro per vijf jaar, per persoon.
  • Progressieve tarieven: van 1,25% (tot 2,5 miljoen euro) tot 10% (> 10 miljoen euro)

Interne meerwaarden

Voor overdrachten binnen structuren die rechtstreeks of onrechtstreeks onder controle staan van de belastingplichtige, al dan niet samen met zijn familie tot en met de tweede graad, zal steeds het afzonderlijke tarief van 33% van toepassing zijn. Hierbij kan geen enkele vrijstelling genoten worden.

Samengevat

  • Vast tarief van 33%.
  • Geen vrijstellingen.

Algemeen regime

Het standaardtarief van de meerwaardebelasting bedraagt 10%. Deze belasting zal in de regel ingehouden worden via de financiële instelling, tenzij de belastingplichtige opteert voor een opt-out. Hierbij wordt dan géén inhouding verricht maar moeten alle meerwaarden in de aangifte worden opgenomen.

Elke belastingplichtige kan een jaarlijkse basisvrijstelling van 10.000 euro verkrijgen. Het bedrag van deze vrijstelling zal jaarlijks geïndexeerd worden. De regeling voorziet momenteel dat de vrijstelling expliciet en goed onderbouwd met de nodige bewijsstukken, moet worden aangevraagd in de aangifte.

Wie deze vrijstelling in een bepaald jaar niet benut, kan maximaal 1.000 euro per jaar overdragen naar een volgend jaar, en dit gedurende een periode van maximum vijf jaar. Dit systeem is bedoeld om mensen die slechts sporadisch een meerwaarde realiseren (bijvoorbeeld één keer om de vijf jaar) toch een vrijstelling tot 15.000 euro te bieden. Voor koppels betekent dit dat ze samen maximaal tot 30.000 euro kunnen vrijstellen in hun gezamenlijke aangifte (na vijf jaar).

De initieel voorziene vrijstelling voor aandelen die langer dan tien jaar in bezit zijn, werd uiteindelijk geschrapt.

Samengevat

  • Vast tarief van 10%.
  • Jaarlijkse vrijstelling van 10.000 euro (overdraagbaar tot max. 15.000 euro per persoon).
  • Voor koppels: max. 30.000 euro na vijf jaar.

Abnormaal beheer van privévermogen

Let wel: als de wetgever/fiscus oordeelt dat er sprake is van abnormaal beheer van je privévermogen (zoals snelle speculatieve aankopen en verkopen met geleend geld), dan geldt een belasting van 33% plus gemeentebelasting. Alleen bij een normaal beheer kan je rekenen op de drie eerder beschreven regimes.

Samengevat

  • Vast tarief van 33% + gemeentebelasting.

Hoe wordt de belastbare basis van de meerwaardebelasting berekend?

De belastbare basis van de meerwaardebelasting wordt gevormd door het (positieve) verschil tussen de ontvangen verkoopprijs van de financiële activa en hun oorspronkelijke aanschaffingswaarde, zonder aftrek van kosten en belastingen. Dit betekent dat er ook belasting wordt geheven op de kosten die je maakt bij aankoop en verkoop, waardoor je uiteindelijk belasting betaalt op inkomsten die je niet daadwerkelijk hebt ontvangen.

Het is wel toegestaan om eventuele minderwaarden te compenseren indien deze binnen hetzelfde aanslagjaar én binnen hetzelfde regime werden gerealiseerd. Bijvoorbeeld: minderwaarden in het algemeen regime (aan 10%) zijn niet aftrekbaar van winsten in het regime van het aanmerkelijk belang.

Voor activa die vóór 1 januari 2026 zijn aangekocht, geldt in principe de waarde op 31 december 2025 als referentiepunt. Tot eind 2030 kan je er echter voor kiezen om de (hogere) historische aankoopwaarde te gebruiken, mits je dit met bewijsstukken kan aantonen. Als er geen bewijs beschikbaar is, wordt de volledige verkoopprijs als belastbare meerwaarde beschouwd.

Afhankelijk van het type financieel actief wordt de aanschaffingswaarde op deze manier vastgesteld:

  • Voor beursgenoteerde activa wordt de laatste slotkoers van het jaar 2025 gehanteerd als aanschaffingswaarde.
  • Voor niet-beursgenoteerde activa geldt dat de aanschaffingswaarde wordt vastgesteld als de hoogste van de volgende waarderingen:
    • De waarde bij overdracht tussen onafhankelijke partijen in 2025.
    • De waarde bij oprichting of kapitaalverhoging in 2025.
    • De contractueel overeengekomen waardering.
    • De waarde berekend als eigen vermogen + 4X EBITDA.

Als alternatief kan hierbij ook een onafhankelijke waardering worden uitgevoerd door een bedrijfsrevisor of gecertificeerd accountant, op voorwaarde dat deze plaatsvindt vóór eind 2026.

  • Daarnaast wordt de aanschaffingswaarde van aandelen of opties onder de Aandelenoptiewet van 26 maart 1999 bepaald als volgt:
    • Voor aandelen: de waarde op het moment van uitoefening.
    • Voor opties: de marktwaarde bij potentiële uitoefening.
  • Voor aandelen die zijn verkregen met een prijsreductie, wordt de aanschaffingswaarde vastgesteld op basis van de waarde op het moment van verwerving.
  • Voor levensverzekeringsproducten geldt een aparte berekeningswijze, waarbij de meerwaarde bepaald wordt als het verschil tussen de uitkering en de gestorte premies.

Hoe verloopt de heffing en aangifte van de meerwaardebelasting?

In principe zal de belasting via een Belgische tussenpersoon (bv. je bank) worden ingehouden. Zonder tussenpersoon of bij specifieke regimes (zoals interne meerwaarden of aanmerkelijk belang), moet je zelf aangifte doen via de personenbelasting.

Wil je de vrijstelling van 10.000 euro (tot maximum 15.000 euro) toepassen? Dan moet je dit expliciet en onderbouwd aanvragen via je aangifte personenbelasting.

Wil je de vrijstelling van 10.000 euro (tot maximum 15.000 euro) toepassen? Dan moet je dit expliciet en onderbouwd aanvragen via je aangifte personenbelasting.

​Carl Van Biervliet, Julie Vantomme en Lies Cattoor Vandelanotte

Recente vacatures

Jurist
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
2 jaar
Oost-Vlaanderen
Jurist
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0-1 jaar
Oost-Vlaanderen
Redacteur
3 - 7 jaar
Antwerpen
Coördinator opleidingen
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *