De Welzijnswet van toepassing op stagiairs: an inconvenient truth? cover

20 okt 2025 | Management & Deontology

De Welzijnswet van toepassing op stagiairs: an inconvenient truth?

Recente vacatures

Coördinator opleidingen
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Soft law zoals niet-bindende gedragscodes en procedures, die binnen de eigen beroepsgroep worden aangeboden, kunnen bijdragen tot de bewustwording, maar blijven bottomline inefficiënt ten aanzien van hen die ze naast zich neerleggen. Afdwingbare regels zijn onvermijdelijk en als ze er zijn, moeten ze worden toegepast.

Sinds een vijftal jaren besteden de Orde van de Vlaamse Balies en een aantal lokale balies bijzondere aandacht aan het welzijn van de advocaat en aan de preventie van de psychosociale risico’s die dit welzijn kunnen impacteren.

Eind 2019 werd binnen de OVB een cel HR, Welzijn & Preventie opgericht. Er werden vertrouwenscoördinatoren en vertrouwensadvocaten aangesteld om advocaten bij te staan bij grensoverschrijdend gedrag. Een niet-bindende gedragscode werd goedgekeurd. Een meldpunt voor burn-out werd gecreëerd. Enquêtes werden gehouden, webinars en opleidingen verstrekt.

Dit zijn alle nobele initiatieven, die de goedkeuring van elke rechtgeaarde advocaat zullen wegdragen. Zeker nu blijkt dat, volgens de informatie van Precura, het aantal stagiairs en jonge advocaten dat geteisterd wordt door burn-out en depressies de laatste jaren een onrustbarende vlucht neemt. Maar het gaat om soft law, die niet afdwingbaar is.

Nochtans bestaat er op dit vlak hard law, en het is verbazend dat tot nu toe binnen onze ordes het bestaan ervan gewoonweg wordt genegeerd. Sinds 2014 is er een algemeen kader ingevoerd binnen de Welzijnswet, die zelf al dateert van 4 augustus 1996, voor de preventie van psychosociale risico’s op het werk.

Artikel 32/1 van de Welzijnswet omschrijft deze risico’s als “de kans dat één of meerdere werknemers psychische schade ondervinden die al dan niet kan gepaard gaan met lichamelijke schade, ten gevolge van een blootstelling aan de elementen van de arbeidsorganisatie, de arbeidsinhoud, de arbeidsvoorwaarden, de arbeidsomstandigheden en de interpersoonlijke relaties op het werk, waarop de werkgever een impact heeft en die objectief een gevaar inhouden”.

In de parlementaire voorbereiding leest men dat het gaat om psychische schade, zoals angsten, depressie, burn-out, zelfmoordgedachten, post-traumatische stress, die al dan niet gepaard gaan met lichamelijke schade, zoals slaapproblemen, uitputting, verhoogde bloeddruk, hartkloppingen, maag- en darmproblemen, … De nefaste gevolgen van deze risico’s kunnen daarbij niet alleen een impact hebben op het individu, maar ook op het collectieve niveau. Notoire voorbeelden hiervan zijn een verslechterde arbeidssfeer en conflicten.

Het toepassingsgebied van de regeling inzake psychosociale risico’s omvat in eerste instantie werknemers en werkgevers. Zo is het natuurlijk duidelijk dat elk advocatenkantoor dat in welke hoedanigheid dan ook administratieve medewerkers, paralegals, managers, … tewerkstelt met een arbeidsovereenkomst, gebonden is door de Welzijnswet.

Maar er is meer.

Het toepassingsgebied van de Welzijnswet is uitgebreid tot verschillende met werknemers en werkgevers gelijkgestelde personen. In het algemeen wordt deze categorie omschreven als “personen die, anders dan krachtens een arbeidsovereenkomst, arbeid verrichten onder gezag van een andere persoon” (in art. 2, § 1, tweede lid, a. Welzijnswet). Als gevolg daarvan is de Welzijnswet van toepassing in de publieke sector, waarbij de overheid als de andere persoon wordt beschouwd.

Naast deze algemene gelijkstellingscategorie vermeldt de wet in hetzelfde artikel nog 4 specifieke categorieën van met werknemers gelijkgestelde personen, waaronder:

  • personen die een beroepsopleiding volgen waarvan het studieprogramma voorziet in een vorm van arbeid die al dan niet in de opleidingsinstelling wordt verricht;
  • stagiairs.

Het lijkt hierbij evident dat de stagiairs-advocaten gelijkgesteld moeten worden met werknemers binnen de toepassing van deze wet. Overeenkomstig artikel 495 Ger.W. is de Orde van Vlaamse Balies bevoegd voor de stage en de beroepsopleiding van de stagiairs. Artikel 435 Ger.W. bepaalt dan weer dat de lokale balies de stageverplichtingen vaststellen, de opleiding inrichten met het oog op de vorming van de advocaten-stagiairs en waken over het nakomen van alle verplichtingen van de stage. De prestaties die de stagiair daarbij verricht binnen het kantoor voor zijn stagemeester vormen daarin een wezenlijk onderdeel.

Dus ook advocatenkantoren die geen personeel met een arbeidsovereenkomst tewerkstellen, maar wel stagiairs opleiden, vallen onder de toepassing van de wet.

Ook derden zoals vennoten en zelfstandige medewerkers die met de stagiairs in contact komen, moeten de Welzijnswet respecteren en kunnen er zich op beroepen.

Wat meer is: artikel 32bis, eerste lid van de Welzijnswet bepaalt uitdrukkelijk dat “de andere dan bij artikel 2, §1 bedoelde personen”, dus derden die in contact komen met werknemers bij de uitvoering van hun werk, zich moeten onthouden van iedere daad van geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag. Onder deze derden kunnen vennoten en zelfstandige medewerkers worden gerangschikt.

Deze bepaling voegt in haar tweede lid daaraan toe dat deze andere personen die in contact komen met de werknemers, bij de uitvoering van hun werk een beroep kunnen doen op de artikelen 32decies tot 32duodecies van de Welzijnswet. Deze laatste bepalingen voorzien in de mogelijkheid om een procedure bij de Arbeidsrechtbank in te stellen en een vordering tot schadevergoeding, dat zij een stakingsvordering kunnen instellen, waarbij onder meer het Interfederaal Centrum voor gelijke kansen en bestrijding van discriminatie en racisme, alsook het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, kunnen optreden. Uiteraard kunnen dezelfde vorderingen ingesteld worden door de werknemers of stagiairs zelf.

Elke werkgever is gehouden een risicoanalyse te maken van de situaties die aanleiding kunnen geven tot psychosociale risico’s op het werk. Hierbij moeten procedures worden vastgesteld die rechtstreeks toegankelijk zijn voor de werknemer, met name de mogelijkheid om een informele of formele psychosociale interventie te vragen bij de vertrouwenspersoon c.q. de preventieadviseur.

De niet-toepassing van de Welzijnswet is strafbaar

Indien de werkgever deze regels niet volgt, kan de toezichthoudende inspectie worden ingeschakeld, een proces-verbaal opgesteld en een vervolging voor de strafrechter ingeleid.

Het lijkt toch de taak van onze ordes te zijn haar advocaten en zeker de stagiairs op deze juridische mogelijkheden te wijzen, eerder dan zich te beperken tot ongetwijfeld goedbedoelde maar minder efficiënte soft law. Dit alles nog afgezien van het al dan niet invoeren van het formele bediendenstatuut voor de vele schijnzelfstandige medewerkers die in onze kantoren werkzaam zijn.

In het satirische sprookje ‘Candide’, laat Voltaire Dr. Pangloss, de meester van Candide, als een riedeltje herhalen: “Tout est pour le mieux dans le meilleur des mondes possibles”. Het finale antwoord daarop van Candide was: “Cela est bien dit, mais il faut cultiver notre jardin”.

Advocaten moeten de wetten toepassen die voor het hele bedrijfsleven gelden, en dus ook voor henzelf.

Herman Buyssens, advocaat, Buyssens Advocaten Sociaal Recht

​Deze tekst werd eerder gepubliceerd in het tijdschrift Today’s Lawyer.


Recente vacatures

Coördinator opleidingen
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *