Waarheidsplicht voor advocaten: waarop wachten? cover

17 jun 2025 | Civil Law & Litigation

Waarheidsplicht voor advocaten: waarop wachten?

Recente vacatures

Notarieel jurist
Burgerlijk recht Erfrecht Vastgoed Vermogensrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Burgerlijk recht Fiscaal recht Ondernemingsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen
Redacteur
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Wij zijn een van de weinige rechtstelsels die nog geen expliciete waarheidsplicht kennen in het burgerlijk procesrecht. Dergelijke waarheidsplicht houdt in dat partijen en hun raadslieden geen feitelijke elementen mogen aanvoeren waarvan zij weten dat die onwaar zijn (verbod op liegen). Hoog tijd om dit recht te zetten.

Ons procesrecht is op dit punt inmiddels volledig achterhaald. In Nederland, Duitsland en Engeland bestaat de wettelijke waarheidsplicht al lang

Ons procesrecht is op dit punt inmiddels volledig achterhaald. In Nederland, Duitsland en Engeland bestaat de wettelijke waarheidsplicht al lang. Die wordt in Nederland en Duitsland ingevuld als een verbod op liegen. In Engeland gaat men nog een stap verder en is het zelfs verboden elementen naar voren te brengen die twijfelachtig zijn.

Het spreekt voor zich dat een positieve waarheidsplicht bijdraagt aan een meer correcte rechtsgang. Ze zorgt voor meer rechtvaardig recht voor de betrokken partijen. Ze verhoogt ook algemeen het vertrouwen in het rechtssysteem. Ze zorgt ten andere ook voor een vorm van werklastvermindering voor magistraten, aangezien men er meer van kan uitgaan dat de meegedeelde feitelijke elementen niet gelogen zijn.

Ook bij ons wordt de waarheidsplicht meer en meer aanvaard. Dit gebeurt evenwel (nog) niet unaniem in de rechtsleer. Ze wordt evenmin consequent toegepast in de rechtspraak. Een kleine wetswijziging kan de bestaande discussies beslechten door een expliciete wettelijke waarheidsverplichting in te schrijven in het Gerechtelijk Wetboek.

De invoering van een uitdrukkelijke waarheidsverplichting kadert ook in een bredere tendens dat de juridische waarheid best zo nauw mogelijk aansluit bij de feitelijke werkelijkheid

De invoering van een uitdrukkelijke waarheidsverplichting kadert ook in een bredere tendens dat de juridische waarheid best zo nauw mogelijk aansluit bij de feitelijke werkelijkheid. Dit bouwt ook verder op het actuele principe dat in burgerlijke procedures alle partijen gehouden zijn om mee te werken aan de bewijsvoering, ook de partij die niet de bewijslast draagt. Dit werd meest recent nog bevestigd in het nieuwe Boek 8 B.W.

De waarheidsverplichting van de advocaat heeft enkel betrekking op feitelijke elementen en – uiteraard – niet op juridische standpunten. Het is – evident – toegelaten om nieuwe stellingen in rechte naar voren te brengen, hoe creatief ook. Anders kan het recht ten andere ook niet evolueren.

In de bovenvermelde landen is er niet alleen een waarheidsplicht maar ook een volledigheidsplicht. Partijen zijn er niet alleen gehouden tot een verbod op liegen, maar ook om alle relevante feiten naar voren te brengen (volledigheidsplicht). Er bestaat bij ons op vandaag evenwel nog te veel discussie over de precieze draagwijdte van die verplichting. Het is dan ook verkieslijk om, minstens op vandaag, te focussen op de waarheidsverplichting. Vooreerst is dit een kleinere stap om te nemen op basis van de huidige stand van ons recht. Bovendien is de afwezigheid van een waarheidsverplichting veel problematischer dan de afwezigheid van een volledigheidsplicht.

De minimale sanctie is dat de wetgever bepaalt dat bij schending van de waarheidsplicht de rechter hieruit de gevolgen kan trekken die hij gepast acht

De minimale sanctie is dat de wetgever bepaalt dat bij schending van de waarheidsplicht de rechter hieruit de gevolgen kan trekken die hij gepast acht. Dit is ook de softe sanctie die van toepassing is indien een partij niet meewerkt aan een deskundigenonderzoek.

Daarnaast is het de logica zelve dat, indien de rechter een schending van de waarheidsplicht vaststelt, dit voortaan automatisch zou inhouden dat er sprake is van een kennelijk onredelijke situatie in de zin van artikel 1022 Ger.W., zodat een verhoogde rechtsplegingsvergoeding verschuldigd is. Deze (verhoogde) rechtsplegingsvergoeding is in huidig voorstel tevens verschuldigd indien de partij die de waarheidsplicht heeft geschonden ten gronde in het gelijk zou worden gesteld.

Sommige rechtsleer pleit zelfs voor een strafsanctie. Dit heeft evenwel als nadeel dat het de procedure net kan compliceren. Bovendien blijken strafsancties voor dat soort zaken vaak papieren tijgers.

Huidig – braaf – voorstel blijft dan ook op de klassieke lijn dat er in principe geen valsheid mogelijk is in een conclusie (omdat niet voldaan is aan de voorwaarde van een geschrift dat zich opdringt aan het openbaar vertrouwen). Al kan hierop wel één uitzondering worden gemaakt: citaten. Gezegd is gezegd. Of niet.

Simon Deryckere

Lees hier andere stukken van Simon Deryckere.

Recente vacatures

Notarieel jurist
Burgerlijk recht Erfrecht Vastgoed Vermogensrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Burgerlijk recht Fiscaal recht Ondernemingsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen
Redacteur
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.