De Belgische private stichting werd reeds 15 jaar geleden in het leven geroepen, maar in de praktijk is de stichting vaak nog onbekend. Een typisch voorbeeld van onbekend, onbemind… Terwijl ze nochtans bijzonder interessant kan zijn, in zeer diverse omstandigheden, gaande van beheer van vermogen, over successieplanning tot asset protection.
De private stichting laat toe een bepaald vermogen af te zonderen om een bepaald belangeloos doel te realiseren. Dergelijk doel kan bijvoorbeeld de verzorging van een familie zijn. Gelet op het feit dat deze rechtspersoon geen aandeelhouders heeft, kan het vermogen in de stichting blijven voor de volgende generaties en gespreid in de tijd gebruikt worden ten voordele van de familie. Hetzij door uitkeringen in geld, hetzij door bepaalde kosten en uitgaven te dragen, zoals bijvoorbeeld deze verbonden aan een buitenlandse studie of een zware operatie.
De private stichting kan worden opgericht bij leven, maar ook bij testament. De wet legt geen minimumvereisten op met betrekking tot het kapitaal van de private stichting. De private stichting kan worden opgericht met een beperkt, eerder symbolisch kapitaal, voldoende om haar oprichting en de eerste werkingskosten te financieren. Het vermogen kan op een later ogenblik worden overgedragen aan de private stichting, bijvoorbeeld door middel van een schenking (tarief van 5,5% in Vlaanderen) of via testament (successiebelasting van 8,5% in Vlaanderen).
Wat het bestuur betreft, is het zo dat de private stichting bestuurd wordt door minstens drie bestuurders, welke discretionair moeten kunnen functioneren, uiteraard steeds binnen het kader van het statutaire doel. Hierin zitten meestal de pater of mater familias met een aantal vertrouwenspersonen. De keuze van deze personen is een heel belangrijke denkoefening waarvoor voldoende tijd moet worden gemaakt.
We zien in de praktijk zeer diverse toepassingsgevallen. Zo wordt de stichting bijvoorbeeld gebruikt voor de verzorging van een kind met een beperking en het beheer van zijn of haar vermogen, waarbij we ervoor zorgen dat bij overlijden het resterend vermogen automatisch en zonder bijkomende erfbelasting bij de familie terecht komt.
Een ander voorbeeld is dat van de geliefde ‘suikernonkel’, ongehuwd, geen kinderen, … de persoon die we allemaal graag in de familie zouden hebben!;-) Als je met deze mensen een diepgaand gesprek hebt, blijkt dat er een aantal vaste ‘problemen’ zijn. Schenken vinden ze niet leuk, liefst zouden ze het allemaal via testament regelen. Dat is helaas duur, neefjes en nichtjes betalen al snel 65%! Dus liefst bijhouden tot bij overlijden, die dure erfbelasting vermijden… én toch ook een vorm van structuur om te vermijden dat het vermogen drie weken na de verdeling van nalatenschap al verbrast is….
Wel, dat is eigenlijk vrij eenvoudig te realiseren, je richt een private stichting op die tot doel heeft deze neefjes en nichtjes te verzorgen, en via een legaat in het testament laat je het vermogen toekomen aan de stichting. Dit betekent vermogen bijhouden tot overlijden, erfbelasting van 8,5% én een structuur om de familie op langere termijn te verzorgen.
Een laatste toepassing die we hier kort vermelden, is deze van ‘asset protection’. Fiscaliteit is natuurlijk belangrijk, maar wij stellen vast dat veel Vlaamse bedrijfsleiders en families daarnaast heel veel belang hechten aan structuren, waarbij vermogen kan worden gevrijwaard van alle mogelijke risico’s, niet alleen operationele, bedrijfsrisico’s, maar ook andere zoals aansprakelijkheid bij verkeersongevallen, echtscheiding claims, etc. Ook hiervoor kan de private stichting een vrij eenvoudige en aan te bevelen oplossing zijn.
Voor meer recente artikels van deze auteur, klik hier.
0 reacties