Bewijs borgverbintenis / L’obligation de caution

19 dec 2016 | Actualia, Advocaten, Algemeen

Bewijs borgverbintenis

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Opgelet: dit artikel werd gepubliceerd op 19/12/2016 en kan daardoor verouderde informatie bevatten.

Een borgverbintenis ontstaat indien een persoon er zich toe verbindt om de schuld (een geldsom of een waardeerbare zaak) van een bepaalde schuldenaar terug te betalen indien deze laatste zijn eigen betalingen stopzet. De borg zal op dat moment in de plaats van de schuldenaar worden aangesproken voor heel zijn vermogen.

Het doel is om een schuldeiser een bijkomende waarborg te verstrekken opdat zijn schuldvordering zal worden terugbetaald.

Gezien de draagkracht van deze verbintenis dient een borgstelling dan ook met de nodige aandacht te worden bestudeerd en overwogen alvorens men hiermee instemt.

Conform art. 1326 B.W. dient een borgstelling aan de volgende cumulatieve voorwaarden te voldoen[1]:

– Het moet gaan om een geldsom of een waardeerbare zaak waarvan de omvang gekend is op het ogenblik van het ontstaan van de verbintenis;

– Geheel geschreven met de hand door de ondertekenaar of ten minste, naast de handtekening, met de hand een “goed voor” of een “goedgekeurd voor” handgeschreven;

– De som of de hoeveelheid van de zaak moet voluit in letters worden uitgedrukt.

Indien er niet cumulatief aan bovenvermelde voorwaarden werd voldaan, dan heeft de verbintenis niet de bewijskracht van een onderhandse akte, doch het begin van bewijs door geschrift.[2]

In recente rechtspraak werd het bewijs van een borgstelling aanvaard door voorlegging van een e-mail met de persoonlijke garantstelling en enkele latere e-mails die de borgstelling bevestigen.[3]

Deze situatie is verrassend aangezien een e-mail, waarbij het voorleggen van een handgeschreven overeenkomst uiteraard niet mogelijk is, slechts een begin van bewijs betreft. Een e-mail maakt de borgstelling immers slechts waarschijnlijk. Om het bestaan van de borgstelling volledig te kunnen bewijzen is het mogelijk om bijkomende getuigenissen en feitelijke vermoedens voor te leggen. M.a.w. gelden latere e-mails die de borgstelling bevestigen als aanvullende feitelijke vermoedens. Door deze bevestiging is de borgstelling alsnog bewezen zonder dat er aan de voorwaarden werd voldaan zoals opgenomen in art. 1326 B.W.

[1]Met uitzondering indien de borg uitgaat van kooplieden, ambachtslieden, landbouwerd, wijngaardeniers, dagloners of diensboden.

[2]Cass. 26 oktober 1950, Arr. Cass. 1951, 77 en Pas. 1951, I, 96.

[3]Antwerpen 19 oktober 2015, NJW 2016, 442.

 

 

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.