Betere taal, meer recht: pleidooi voor begrijpelijke rechtstaal cover

2 mei 2025 | Column

Betere taal, meer recht: pleidooi voor begrijpelijke rechtstaal

Door Jubel

Recente vacatures

Advocaat
Fiscaal recht Ondernemingsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen
Notarieel jurist
Burgerlijk recht Fiscaal recht
0 - 3 jaar
Vlaams-Brabant
Redacteur
3 - 7 jaar
Antwerpen
Jurist
bestuursrecht internationaal recht Omgevingsrecht Publiek recht sociaal recht
Brussel

Aankomende events

Laatst belandde er onverwacht een brief bij me op de deurmat. Nu krijg ik sowieso al niet zo vaak ouderwetse post, dus je gaat je meteen toch afvragen wie je belangrijk nieuws te melden heeft. Een onbetaalde factuur? Een liefdesbetuiging van een geheime aanbidster? Niets van dat alles, het was gewoon een brief van de gemeente over een buur die een bouwvergunning had aangevraagd. Of ik die wilde aanvechten? Twee uur later stond er een buurman voor de deur, of ik wist wat die brief precies betekende. Hij was verloren gelopen in het woud van bijzinnen, wetsartikelen, dubbele ontkenningen en dertienletterwoorden. Het drukte me met de neus op de feiten: begrijpelijke rechtstaal, we zijn er nog lang niet.

Wat is begrijpelijke rechtstaal eigenlijk?

Wat is begrijpelijke taal eigenlijk? Laat ik daar beginnen. Begrijpelijke taal, dat is taal die helder, duidelijk en toegankelijk is. Geen ingewikkelde woorden, geen ellenlange zinnen, geen geheimtaal waar je drie woordenboeken voor nodig hebt. Het is taal die zegt wat ze bedoelt, zonder omwegen. Begrijpelijke taal is geen domme taal. Integendeel: het is slimme taal die rekening houdt met haar publiek. Ze is niet simplistisch, maar wél eenvoudig, doeltreffend en doordacht.

En dat geldt ook voor duidelijke rechtstaal. Want “betere taal: meer recht.” Het was niet voor niets de titel van het boek van professor Joris Gerits, de man die me meer dan twintig jaar geleden in de kandidaturen rechten mijn eerste lessen over heldere rechtstaal bijbracht.

De rechtsstaat is geen clubhuis voor ingewijden. Hij hoort van en voor iedereen te zijn

Vertrouwen in justitie begint met verstaanbaarheid

De rechtsstaat is geen clubhuis voor ingewijden. Hij hoort van en voor iedereen te zijn. Want als de taal van justitie onbegrijpelijk klinkt dan haken mensen af. Dan wordt justitie een clubje van “ons kent ons”. Zo brokkelt het vertrouwen af. Want “wat de boer niet kent, dat eet hij niet.”

Wie snapt wat een rechter zegt, ervaart zijn beslissing als eerlijker. Zelfs al valt de beslissing tegen. Dat blijkt uit onderzoek. Transparantie, helderheid, en respectvolle communicatie – het zijn sleutels tot legitimiteit. Een magistraat die helder spreekt, straalt gezag uit. Niet omdat hij dure woorden gebruikt, maar net omdat hij dat niet doet.

Hetzelfde geldt voor advocaten. Een cliënt wil weten waar hij aan toe is, wat zijn kansen zijn. Hij wil snappen wat er gebeurt en waarom. Advocaten die in gewone taal kunnen uitleggen wat er speelt, winnen meer dan hun zaak: ze winnen het vertrouwen van hun cliënt.

Iedereen heeft baat bij duidelijke rechtstaal. Ja, ook de hoogopgeleide burger, de professor, de ambtenaar

Begrijpelijke rechtstaal is inclusief

Begrijpelijke taal wordt door de non-believers al snel afgedaan als iets voor ‘laaggeletterden’ of ‘kansarme groepen’. Iets waar je je als ‘serieuze jurist’ toch niet mee gaat bezighouden. Alsof het een hulpstuk is voor wie het allemaal niet zo goed snapt. Wat een misvatting. Iedereen heeft baat bij duidelijke rechtstaal. Ja, ook de hoogopgeleide burger, de professor, de ambtenaar die na een lange dag werken een brief van het vredegerecht opent en zich afvraagt of hij nu iets moet doen of juist vooral niét.

Maar het is waar: voor wie minder taalvaardig is, of minder vertrouwd is met juridische context, is begrijpelijke taal geen luxe, maar noodzaak. Denk aan nieuwkomers, mensen met een verstandelijke beperking, of mensen in een crisissituatie. In zulke omstandigheden is complexe taal niet alleen lastig, maar ronduit gevaarlijk. Wie een beslissing niet begrijpt, kan ze moeilijk aanvechten. Wie een termijn mist omdat hij niet doorhad dat hij iets moest doen, verliest kansen. En wie zich onrechtvaardig behandeld voelt, haakt af.

Een rechtssysteem dat zijn burgers niet begrijpt, is een systeem dat zijn burgers verliest.

Waarom is het dan zo moeilijk?

Waarom blijft juridisch taalgebruik dan zo wollig, afstandelijk en ontoegankelijk? Eén reden is traditie. Juristen worden opgeleid in een taal die al eeuwen meegaat, en wie de taal spreekt, hoort erbij. Een soort geheim genootschap met Latijnse spreuken als wachtwoord. Wie wil daar nu geen lid van zijn?

Een andere reden is angst. Angst om iets verkeerd te zeggen of om nuance te verliezen. Taal kan immers ook glibberig zijn. Juristen vrezen dat als ze het te eenvoudig zeggen, ze iets cruciaals weglaten. Maar dat is een valse tegenstelling. Eenvoud en nauwkeurigheid kunnen perfect samengaan. Het vraagt oefening, tijd, én lef. Want het is makkelijker om moeilijke woorden te gebruiken dan om moeilijke dingen eenvoudig uit te leggen.

Begrijpelijke rechtstaal “is here to stay”

Begrijpelijke rechtstaal is geen modegril. Het is een noodzakelijke evolutie. Steeds meer rechters, advocaten, regelgevers en ambtenaren beseffen dit. Initiatieven zoals hertalingen van standaardbrieven, opleidingen in duidelijke communicatie, en het betrekken van burgers bij het herschrijven van juridische teksten zijn stappen in de goede richting.

Maar het mag nog meer. Begrijpelijke taal zou een kwaliteitsnorm moeten zijn, geen vrijblijvende bonus. Juridisch onderwijs moet studenten trainen in helder schrijven. Advocatenkantoren zouden teksten moeten testen bij proeflezers. En rechters zouden de moed moeten hebben om ook in hun vonnissen klare taal te gebruiken.

Beste medejuristen: stroop de mouwen op, blaas het stof van de oude Latijnse woordenboeken, en omarm de kracht van begrijpelijke rechtstaal

Tot slot: rechtvaardigheid begint met verstaanbaarheid

Begrijpelijke taal is geen extraatje voor wie het moeilijk heeft. Het is de bodem onder een rechtvaardige samenleving. Want taal bepaalt wie mee kan doen en wie niet. En in een democratische samenleving willen we dat niemand achterblijft.

Dus, beste medejuristen: stroop de mouwen op, blaas het stof van de oude Latijnse woordenboeken, en omarm de kracht van begrijpelijke rechtstaal. Niet omdat het hip is, maar omdat het eerlijk is. En begrijpelijk. En dus rechtvaardig. “Quod erat demonstrandum.” (wat bewezen moest worden). Om het voor de laatste keer met een Latijnse spreuk te zeggen.

Wim Putzeys – Hoofdredacteur Jubel

Recente vacatures

Advocaat
Fiscaal recht Ondernemingsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen
Notarieel jurist
Burgerlijk recht Fiscaal recht
0 - 3 jaar
Vlaams-Brabant
Redacteur
3 - 7 jaar
Antwerpen
Jurist
bestuursrecht internationaal recht Omgevingsrecht Publiek recht sociaal recht
Brussel

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.