Un SPF Justice efficace doit être capable de payer correctement ses prestataires de services

21 dec 2021 | Column

Een efficiënte FOD Justitie moet erin slagen om zijn dienstverleners correct uit te betalen

Door Jubel

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Opgelet: dit artikel werd gepubliceerd op 21/12/2021 en kan daardoor verouderde informatie bevatten.

Beroepsvereniging verheugd over toekomstplannen van minister van Justitie voor vertalers en tolken, doch kritisch over betalingsachterstand in Brussel.

De Beroepsvereniging Beëdigd Vertalers en Tolken (BBVT) reageert verheugd op het voornemen van vice-eersteminister Vincent Van Quickenborne om Justitie aantrekkelijker te maken voor haar “zeer belangrijke partners” waartoe de beëdigde vertalers en tolken worden gerekend. Uit een onlangs gepubliceerd antwoord van de minister van Justitie op een parlementaire vraag van federaal volksvertegenwoordiger Nabil Boukili blijkt dat het geplande beleid inzake gerechtskosten zich vanaf 2022 zou toespitsen op een drastische vereenvoudiging van de wetgeving, vereenvoudigde en geïnformatiseerde procedures én een herwaardering van de tarieven.

De Beroepsvereniging heeft kunnen vaststellen dat zowel de nieuwe directeur-generaal Rechterlijke organisatie als de beleidscel van de minister de pijnpunten en praktische problemen van de huidige procedures inzien en concrete voorstellen laten uitwerken. De BBVT kijkt alvast uit naar die voorstellen en naar de verwezenlijking van de aangekondigde ambitie om de betaling van facturen te laten plaatsvinden binnen een termijn van 30 kalenderdagen, conform de op 1 februari 2022 wijzigende wet betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties.

Het is duidelijk dat de federale overheid zal moeten investeren om het geplande beleid inzake gerechtskosten in strafzaken (de relatie van Justitie met haar partners administratief te vereenvoudigen en te professionaliseren en de vergoedingen van de dienstverleners te herwaarderen) praktisch mogelijk te maken. Als men Justitie daadwerkelijk aantrekkelijker wil maken voor haar belangrijkste partners, rekent de BBVT de komende jaren dan ook op financiële inspanningen van de overheid om het nodige budget hiervoor te voorzien.

In afwachting roept de Beroepsvereniging Beëdigd Vertalers en Tolken alle verantwoordelijken binnen de FOD Justitie nogmaals op de ernst van de situatie van de tolken in Nederlandstalig Brussel in te zien, overdreven formalistische eisen (die vaak zelfs niet in de vigerende wetgeving staan) achterwege te laten en de betalingen van de maandfacturen van de tolken te bespoedigen.

Dramatische betalingsachterstand in Brussel nog lang niet weggewerkt

De situatie van de beëdigde tolken die voor betalingen afhangen van het taxatiebureau Brussel Nederlandstalig is immers nog steeds dramatisch. Een recente rondvraag van de BBVT bij tolken uit het arrondissement Brussel wijst uit dat de geschatte betalingsachterstand voor tolkprestaties er gemiddeld 6-8 maanden bedraagt. Ondanks de door de minister genomen maatregelen – een versterking van het personeel van het Brusselse taxatiebureau, die vooral een vervanging van eerder vertrokken personeelsleden blijkt, en een aangekondigde structurele versterking van de taxatiebureaus – en een merkbare verbetering in de betaling van facturen voor schriftelijke vertalingen, gaan heel wat tolken uit het Brusselse een sombere eindejaarsperiode en bare winter tegemoet. Er zijn zelfs gevallen gekend van tolken die de activiteiten willen stopzetten.

Een efficiënte overheid moet erin slagen om correct haar dienstverleners uit te betalen

In zijn antwoord op de vraag van volksvertegenwoordiger Nabil Boukili, ingediend nadat het persbericht van de BBVT van 15 oktober 2021 door de media werd opgepikt, erkent de minister van Justitie dat er een achterstand is in de betalingen van de prestaties geleverd door beëdigde tolken en vertalers. De BBVT verduidelijkt dat deze betalingsachterstand vooral problematisch is in Brussel NL en Namen. Elders lijkt de situatie onder controle. Volgens de minister is de betalingsachterstand te wijten aan de combinatie van twee factoren. Enerzijds zou het zeer moeilijk zijn om medewerkers met passende profielen voor de taxatie- en vereffeningsbureaus te werven en vooral om hen in dienst te houden. Anderzijds zouden de wetgeving en bijgevolg ook de verwerkingsprocessen in de loop van de tijd uiterst complex zijn geworden. We onthouden uit het antwoord van de minister vooral ook dit streven: ”Hoe complex en hoe moeilijk ook, een efficiënte overheid moet erin slagen om correct uit te betalen.” We hopen dat onze leden dit zo snel mogelijk in de praktijk zullen mogen ervaren.

Betalingsachterstand ongunstig voor de goede werking van Justitie

De BBVT wil er de kanttekening bij maken dat de huidige wetgeving inzake gerechtskosten in strafzaken in 2019 werd aangenomen en pas sinds 1 januari 2020 in voege is. De vorige minister van Justitie en de administratie van de FOD Justitie beoogden met de hervorming een uniforme toepassing van de regels bij de behandeling van de facturen en snellere betalingen. In zijn persbericht van 19 april 20191) kondigde toenmalig minister Koen Geens het als volgt aan: “Vertalers-tolken, psychiaters en andere gerechtsdeskundigen zullen veel sneller betaald worden voor hun diensten. (…) Iedere betaling voltrekt zich vanaf nu binnen een redelijke termijn.” Ook in het Verslag aan de Koning bij het zgn. gerechtskostenbesluit van 15 december 20192) werd aangekondigd dat de prestatieverleners recht krijgen op naleving van betalingstermijnen door de overheid.

De betalingsachterstand in Brussel werd in 2020-2021 echter groter dan ooit. In zijn antwoord op een eerdere parlementaire vraag van volksvertegenwoordiger Kristien Van Vaerenbergh uit juli 2021 gaf minister Van Quickenborne toe dat er in het taxatiebureau Brussel NL voor tolken een achterstand van ongeveer zes maanden is, en dat er ook een betalingsachterstand was in Eupen, Namen en Luik. De minister van Justitie gaf ook aan er zich rekenschap van te geven dat de betalingsachterstand bij een aantal bureaus ongunstig is voor de goede werking van Justitie.

Tragisch voor de tolken uit Brussel en Halle-Vilvoorde is dat de nieuwe wetgeving gerechtskosten die onder de vorige justitieminister door de administratie van de FOD Justitie werd uitgewerkt, voorziet dat tolken al hun prestaties van over het hele land moeten indienen bij het taxatiebureau van het arrondissement van hun woonplaats. Wanneer dat taxatiebureau hapert of vierkant draait, om welke reden dan ook, vallen de betalingen voor de betrokken tolken helemaal stil.

Beoogde uniformiteit blijkt een utopie

Op het vlak van uniformiteit lijkt de hervorming van de wetgeving inzake gerechtskosten uit 2020 totaal mislukt. Kenmerkend is een eind 2019 beloofde tool om de tolkprestaties op maandbasis te factureren. Dit Excelbestand draait al anderhalf jaar op proef in het taxatiebureau Brussel FR, maar wordt niet algemeen verspreid door de FOD Justitie omdat de taxatiebureaus andere visies hebben op toepassing van het tariefbesluit. Met het oog op een gelijke, correcte en effectieve toepassing van de voorschriften staan de 13 taxatiebureaus nochtans onder het toezicht van de centrale dienst Gerechtskosten.

Het tariefbesluit dat de tarieven en voorschriften voor de berekening van vertaal- en tolkprestaties in strafzaken bepaalt, is overigens al vijf jaar ongewijzigd, op een jaarlijkse indexering van de tarieven na. Enkele maanden na de invoering van dat tariefbesluit in 2017 waarschuwde de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO in een advies3) – waaraan ook de BBVT heeft bijgedragen – dat het tariefbesluit van 22 december 2016 niet duidelijk genoeg is. Daarbij werd verwezen naar het kwaliteitshandboek vertalers/tolken4), opgesteld binnen de FOD Justitie, dat liefst 10 pagina’s voorbeelden bevat om de berekeningswijzen voor tolkprestaties uit te leggen.

Digitaal de norm, maar Justitie is er zelf niet klaar voor

In de nieuwe wetgeving gerechtskosten werd digitaal als de norm voorgesteld. Het is lovenswaardig dat digitaal werken de norm zou moeten zijn. In 2020-2021 blijkt Justitie hier echter nog niet klaar voor. In de praktijk betekent digitaal werken een pak mails versturen, ontvangen en administratief verwerken. Daardoor verzuipen de vertalers in een tsunami van mails, net als magistraten, griffiers en parketbedienden, om vorderingen, vertalingen, goedkeuringen en facturen uit te wisselen en door te sturen. De betalingsachterstand in sommige arrondissementen bevestigt dat ook de taxatiebureaus zelf zich verliezen in de verwerking van al die mails. Sinds 1 juli 2021 heeft de centrale dienst Gerechtskosten bovendien nog meer formalistische regels opgelegd aan de dienstverleners. Het gaat om voorschriften die zelfs niet voorzien zijn in de wet gerechtskosten5), het gerechtskostenbesluit6) of het tariefbesluit7).

Kenmerkend voor het relatieve karakter van digitalisering bij Justitie is dat taxatiebureaus geen mails met zware bijlagen verstuurd via WeTransfer of JustSendIt mogen openen. Nochtans wordt van vertalers en tolken verwacht dat ze scans van de gemaakte vertalingen en van alle vorderingen van tolkprestaties uit één maand gebundeld doorsturen naar het bevoegde taxatiebureau.

Richtlijn 2011/7/EU van toepassing op diensten in opdracht van de rechterlijke macht

De aangekondigde ambitie van de minister van Justitie om de betalingsachterstand weg te werken en de betaling van facturen binnen een termijn van 30 kalenderdagen te laten plaatsvinden, komt trouwens niet uit de lucht vallen. Huidige en ook gewezen bestuursleden van de BBVT hebben de problematiek van de betalingsachterstand de voorbije maanden op verschillende niveaus aangekaart, zowel bij de beleidscel van de minister van Justitie als bij federale en Europese parlementsleden. Dit leidde tot een audit van de taxatiebureaus en tot meerdere parlementaire vragen.

In een recent antwoord8) op een vraag9) van Europarlementslid Geert Bourgeois bevestigde Europees commissaris Thierry Breton namens de Europese Commissie dat het leveren van diensten in opdracht van de rechterlijke macht, zoals diensten van beëdigd vertalers en tolken en gerechtsdeskundigen, die tegen betaling door ondernemingen aan overheidsinstanties worden geleverd, commerciële transacties zijn in de zin van richtlijn 2011/7/EU betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties10). De aanbieders van deze diensten zijn vaak kleine en middelgrote ondernemingen, die niet alleen voor hun winstgevendheid, maar ook voor hun voortbestaan afhankelijk zijn van tijdige betaling. De overheid heeft een „bijzondere verantwoordelijkheid” om een juridisch en commercieel klimaat te scheppen dat tijdige betaling bevordert.

Richtlijn 2011/7/EU bepaalt dat de lidstaten ervoor zorgen dat schuldeisers bij handelstransacties waarbij de schuldenaar een overheidsinstantie is, na afloop van de vastgestelde termijn (30 kalenderdagen na de datum van ontvangst van de factuur of een gelijkwaardig verzoek tot betaling) zonder aanmaning aanspraak kunnen maken op wettelijke interest voor betalingsachterstand. Voornoemde richtlijn schrijft voor dat wanneer bij handelstransacties interest voor betalingsachterstand verschuldigd wordt, de schuldeiser minstens een vast bedrag van 40 euro mag invorderen, zonder aanmaning, als vergoeding voor de eigen invorderingskosten van de schuldeiser.

Rechter kan de overheid wel degelijk veroordelen tot betaling van een kostenstaat

In het Kwaliteitshandboek gerechtskosten in stafzaken11), een online publicatie van liefs 270 pagina’s op de website van de FOD Justitie, wordt voorgehouden dat de rechtsverhouding tussen de gerechtelijke overheid (de staat) en de prestatieverleners (vertalers, tolken, gerechtsdeskundigen, gerechtsdeurwaarders, …) onderworpen blijft aan het bestuursrecht en andere specifiek reglementaire bepalingen. Het heet dat dit bijzondere rechtskader zijn eigen terminologie kent, waarin een factuur de naam “kostenstaat” krijgt, om duidelijk te maken dat het niet gaat om een instrument uit de wereld van het contractenrecht. Nog steeds volgens de FOD Justitie bestaan schadebedingen en verwijlintresten niet in deze verhouding overheid – prestatieverlener. Of deze visie nog stand kan houden nu de Europese Commissie zich heeft uitgesproken over de toepasbaarheid van de EU-richtlijn betalingsachterstand, is maar de vraag.

Het Hof van Cassatie oordeelde in 2020 dat een normaal zorgvuldig optredende overheid geacht wordt zich dermate te organiseren dat ze in staat is om de gevolgen van de door haar zelf uitgedokterde werkwijze te dragen. Indien niet binnen een redelijke termijn wordt overgegaan tot taxatie van een kostenstaat, is er volgens het arrest11) van het Hof van Cassatie sprake van een fout in de zin van de artikelen 1382 en 1383 (oud) Burgerlijk Wetboek en mag de rechter de overheid veroordelen tot betaling van de kostenstaat. De omstandigheid dat de opdracht van een gerechtsdeurwaarder die door het openbaar ministerie wordt gevorderd om bepaalde opdrachten uit te voeren verband houdt met de taken waartoe de gerechtsdeurwaarder verplicht is, doet er geen afbreuk aan dat de verplichting van de Staat tot betaling van diens onkostenstaat een verbintenis inhoudt die primair strekt tot betaling van een geldsom waarop moratoire interest is verschuldigd indien de betaling niet gebeurt binnen redelijke termijn en na aanmaning.

Henri Boghe, algemeen secretaris BBVT-UPTIA

1. https://www.koengeens.be/news/2019/04/19/gerechtstolken-worden-sneller-betaald

2. https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi_loi/change_lg.pl?language=nl&la=N&cn=2019121506&table_name=wet

3. https://www.hrzkmo.fgov.be/_files/ugd/dbba60_e5ce423a4cb84d4abfbedb61b77d365f.pdf

4. https://justitie.belgium.be/sites/default/files/kwaliteitshandboek_vertalers_tolken.pdf

5. http://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body.pl?language=nl&caller=summary&pub_date=19-04-19&numac=2019011850

6. https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi_loi/change_lg.pl?language=nl&la=N&cn=2019121506&table_name=wet

7. http://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body.pl?language=nl&caller=summary&pub_date=16-12-30&numac=2016009673

8. https://www.europarl.europa.eu/doceo/document/E-9-2021-002463-ASW_NL.html

9. https://www.europarl.europa.eu/doceo/document/E-9-2021-002463_NL.html

10. https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/HTML/?uri=CELEX:32011L0007&from=NL

11. https://justitie.belgium.be/sites/default/files/downloads/2021_03_gerechtskosten_strafzaken_kwaliteitshandboek.pdf

12. https://juportal.be/JUPORTAwork/ECLI:BE:CASS:2020:ARR.20200116.1N.5_NL.pdf

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

3 Reacties

3 Reacties

  1. Jan Vanvolsem

    Spijtig dat een dergelijk eenzijdig artikel verschijnt zonder de reactie van de FOD Justitie vermeld wordt. Kan de auteur bevestigen dat de kostenstaten correct worden opgesteld of hoeveel percent moet terug gestuurd worden omdat ze niet correct zijn en/ of stukken ontbreken? Een factuur wordt in de privé ook enkel betaald indien ze correct is. Een correct artikel moet de versie van alle partijen weergeven

    Antwoord
    • José D'Hoore

      Beste Jan, volgens het antwoord van de minister/FOD Justitie worden slechts 29% van de facturen binnen de wettelijke termijn van 30 dagen betaald. Dit gaat dan ook nog enkel over de facturen die geregistreerd werden in de CGAB! Alle facturen die niet geregistreerd werden door personeelsgebrek werden niet meegeteld.
      De vergelijking met de privé is ook krom. In de privé krijg je binnen de acht dagen te horen of jouw factuur correct is, waardoor het nog steeds mogelijk is om binnen de wettelijke termijn van 30 dagen te betalen.
      Als zou blijken dat de overige 71 % van de facturen fout zouden zijn, dan wordt het hoog tijd om de tariefbesluiten drastisch te vereenvoudigen.

  2. Wim Putzeys

    Reactie van de auteur:
    De minister van Justitie heeft bij de bespreking van de begroting 2022 in de commissie Justitie echter zelf nogmaals de betalingsachterstand bevestigd:

    https://www.bbvt.be/nl/nieuws/30-van-kostenstaten-ingediend-in-boekhoudapplicatie-fod-justitie-kent-betalingstermijn-van-meer-dan-90-dagen

    “ Wat het wegwerken van de betalingsachterstanden van de gerechtsdeskundigen betreft, merkt de minister op dat er in oktober en november 2021 tijdelijke personeelsleden werden aangeworven. Het is de bedoeling dat deze personen structureel worden aangeworven zodat ze als “flying doctors” kunnen worden ingezet daar waar de achterstand het grootst is. Zo kunnen ze bijvoorbeeld worden ingezet voor de problemen ter zake waarmee de vertalers en tolken binnen het arrondissement Halle-Vilvoorde worden geconfronteerd. De taxatie-en vereffeningsbureaus zijn evenwel ingedeeld per arrondissement. De “achterstand” waarover sprake moet dan ook worden genuanceerd in die zin dat er regionale verschillen zijn. Er zijn bureaus met relatief goede betaalstatistieken, andere daarentegen hebben betaaltermijnen groter dan 100 dagen. Veelal hangt de trage werking ook samen met de problematiek van onvoldoende personeel en de hoeveelheid te verwerken stukken.

    De taxatiebureaus zijn op 1 januari 2020 gestart zonder een document managementsysteem. Momenteel is een applicatie in ontwikkeling die vanaf het voorjaar 2022 zal kunnen worden gebruikt door alle medewerkers van de taxatiebureaus. De applicatie heeft als doel om de ingave van de documenten door de prestatieverlener te stroomlijnen en zal dienen als beheerstool voor de medewerkers van de taxatiebureaus. Het doel is om de betaaltermijnen serieus te verbeteren in 2022.

    De recente betaalsituatie is als volgt:

    Op 3 november werden er 172 858 kostenstaten ingediend in de boekhoudapplicatie CGAB voor het jaar 2021.

    — 29% van deze kostenstaten werd binnen 30 dagen betaald.

    — 28% van deze kostenstaten werd binnen 60 dagen betaald.

    — 13% van deze kostenstaten werd binnen 90 dagen betaald.

    — 30% van deze kostenstaten kent een betalingstermijn van meer dan 90 dagen. “

    Dit verslag kwam een paar dagen te laat om op te nemen in de bijdrage dat was ingezonden.

    Voorts staan in het artikel fragmenten uit en links naar parlementaire vragen waarop de minister antwoord heeft gegeven en officieel het standpunt van de FOD Justitie heeft verwoord. Men kan dus bezwaarlijk stellen dat het allemaal eenzijdig zou zijn. De minister heeft ook een diepgaande audit naar de werking van de taxatie(bureaus) aangekondigd. Als beroepsvereniging zijn we heel benieuwd naar de resultaten daarvan.

    Antwoord

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.